hoedanigheid
Néerlandais[modifier le wikicode]
Étymologie[modifier le wikicode]
Nom commun [modifier le wikicode]
hoedanigheid \Prononciation ?\ féminin
- Qualité, état.
- in de hoedanigheid van
- en qualité de, en tant que, au titre de
- in zijn hoedanigheid van
- en sa qualité de
- in de hoedanigheid van
Hyponymes[modifier le wikicode]
Taux de reconnaissance[modifier le wikicode]
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 97,3 % des Flamands,
- 97,9 % des Néerlandais.
Prononciation[modifier le wikicode]
- (Région à préciser) : écouter « hoedanigheid [Prononciation ?] »
Références[modifier le wikicode]
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]