hersenen
Néerlandais[modifier le wikicode]
Étymologie[modifier le wikicode]
- Étymologie manquante ou incomplète. Si vous la connaissez, vous pouvez l’ajouter en cliquant ici.
Nom commun [modifier le wikicode]
Nombre | Singulier | Pluriel |
---|---|---|
Nom | - | hersenen hersens |
Diminutif | - | hersentjes |
hersenen \Prononciation ?\ au pluriel uniquement
- (Anatomie) Cerveau, cervelle.
- Goed omgaan met twee talen vereist een bepaalde vaardigheid van de hersenen.
- Bien se servir de deux langues exige une certaine agilité du cerveau.
- Goed omgaan met twee talen vereist een bepaalde vaardigheid van de hersenen.
Synonymes[modifier le wikicode]
Dérivés[modifier le wikicode]
- achterhersenen
- eindhersenen
- grote hersenen
- hersenaandoening
- hersenaanhangsel
- hersenabces
- hersenaneurysma
- hersenarbeid
- hersenbacil
- hersenbalk
- hersenbank
- hersenbeschadiging
- hersenbloeding
- hersenbreker
- hersenbreuk
- hersenchirurg
- hersendood
- hersenembolie
- hersenemigratie
- hersenfilm
- hersenfunctie
- hersengolf
- hersengroef
- hersengymnastiek
- hersenhelft
- hersenholte
- herseninfarct
- hersenkamer
- hersenklier
- hersenkneuzing
- hersenkoraal
- hersenkraker
- hersenkronkel
- hersenkwab
- hersenletsel
- hersenlijer
- hersenloos
- hersenmantel
- hersenoedeem
- hersenonderzoek
- hersenontsteking
- hersenoperatie
- hersenpan
- hersenpathologie
- hersenpikker
- hersenschade
- hersenscan
- hersenschedel
- hersenschim
- hersenschors
- hersenschudding
- hersenspinsel
- hersenspoelen
- hersenstam
- hersenstimulatie
- hersentumor
- hersenvat
- hersenventrikel
- hersenverlamming
- hersenverweking
- hersenvlies
- hersenvlucht
- hersenvocht
- hersenwerk
- hersenwinding
- hersenzenuw
- middenhersenen
- tussenhersenen
Vocabulaire apparenté par le sens[modifier le wikicode]
Taux de reconnaissance[modifier le wikicode]
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 99,6 % des Flamands,
- 99,3 % des Néerlandais.
Prononciation[modifier le wikicode]
- Pays-Bas : écouter « hersenen [Prononciation ?] »
Références[modifier le wikicode]
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]