tegenstrijdigheid
Néerlandais[modifier le wikicode]
Étymologie[modifier le wikicode]
- Composé de tegenstrijdig avec le suffixe -ig.
Nom commun [modifier le wikicode]
tegenstrijdigheid \Prononciation ?\ féminin
- Contradiction.
- (Sens figuré) een vat vol tegenstrijdigheden
- un abîme de contradictions
- (Sens figuré) een vat vol tegenstrijdigheden
Synonymes[modifier le wikicode]
Prononciation[modifier le wikicode]
- (Région à préciser) : écouter « tegenstrijdigheid [Prononciation ?] »