overdrijven

Définition, traduction, prononciation, anagramme et synonyme sur le dictionnaire libre Wiktionnaire.

Néerlandais[modifier le wikicode]

Étymologie[modifier le wikicode]

Dérivé par préfixation de drijven.

Verbe 1 [modifier le wikicode]

Présent Prétérit
ik overdrijf overdreef
jij overdrijft
hij, zij, het overdrijft
wij overdrijven overdreven
jullie overdrijven
zij overdrijven
u overdrijft overdreef
Auxiliaire Participe présent Participe passé
hebben overdrijvend overdreven

overdríj́ven \Prononciation ?\ transitif

  1. Exagérer.
    • overdrijven om te laten zien
      exagérer pour faire comprendre

Verbe 2[modifier le wikicode]

Présent Prétérit
ik drijf over dreef over
jij drijft over
hij, zij, het drijft over
wij drijven over dreven over
jullie drijven over
zij drijven over
u drijft over dreef over
Auxiliaire Participe présent Participe passé
zijn drijven overd overgedreven

óverdrijven \Prononciation ?\ intransitif

  1. Passer en flottant.

Taux de reconnaissance[modifier le wikicode]

En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
  • 99,6 % des Flamands,
  • 99,7 % des Néerlandais.

Prononciation[modifier le wikicode]

Références[modifier le wikicode]

  1. Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]