vragen

Définition, traduction, prononciation, anagramme et synonyme sur le dictionnaire libre Wiktionnaire.

Néerlandais[modifier le wikicode]

Étymologie[modifier le wikicode]

(Nom) À rapprocher de l’allemand Frage, « question ».
(Verbe) À rapprocher de l’allemand fragen, « demander ».

Forme de nom commun [modifier le wikicode]

vragen \Prononciation ?\

  1. Pluriel de vraag.

Verbe [modifier le wikicode]

Présent Prétérit
ik vraag vroeg
jij vraagt
hij, zij, het vraagt
wij vragen vroegen
jullie vragen
zij vragen
u vraagt vroeg
Auxiliaire Participe présent Participe passé
hebben vragend gevraagd

vragen \vɾa.ɣǝː\ (Transitif)/(Intransitif)

  1. Demander.
    • (Ironique) Hij houdt ervan, hij vraagt om meer.
      Il aime ça, il en redemande.
    • Dat boek wordt veel gevraagd.
      Ce livre se vend très bien.
    • Van iemand het onmogelijke vragen.
      Demander l’impossible à quelqu’un.
    • Hoge prijzen vragen.
      Vendre cher.
    • Het lichaam vraagt rust.
      Le corps a besoin de repos.
    • Gevraagd: vertaler.
      On demande un traducteur.
    • Iemand de weg vragen.
      Demander son chemin à quelqu’un.
    • Dat hoef je niet te vragen!
      Quelle question !

Taux de reconnaissance[modifier le wikicode]

En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
  • 99,6 % des Flamands,
  • 99,3 % des Néerlandais.

Prononciation[modifier le wikicode]

Références[modifier le wikicode]

  1. Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]