Berchemnaar
Néerlandais[modifier le wikicode]
Étymologie[modifier le wikicode]
Nom commun [modifier le wikicode]
| Nombre | Singulier | Pluriel |
|---|---|---|
| Nom | Berchemnaar | Berchemnaars Berchemnaren |
| Diminutif | Berchemnaartje | Berchemnaartjes |
Berchemnaar \Prononciation ?\ masculin (pour une femme, on dit : Berchemnares)
- (Géographie) Berchemois, habitant de Berchem-Sainte-Agathe.
- In dit kader worden er participatieve sessies georganiseerd, waaronder 2 sessies met de burgers, waarop alle Berchemnaars worden uitgenodigd om deel te nemen om zo tot originele en ambitieuze ideeën te komen. — (« Klimaatplan », sur berchem.brussels, consulté le 20 janvier 2021 → lire en ligne)
- Sinds vorige zaterdag is de groep BLED (Berchem Lokaal en Duurzaam) bezig met de bouw van een collectieve broodoven. Die moet zondag af zijn. Vanaf dan zullen Berchemnaren er op gezette tijden terechtkunnen met hun baksels. — (« Berchem bouwt collectieve broodoven », sur Bruzz.be, 12 août 2014, consulté le 20 janvier 2021 → lire en ligne)
Synonymes[modifier le wikicode]
Vocabulaire apparenté par le sens[modifier le wikicode]
- Sint-Agatha-Berchem, Berchem
- Sint-Agatha-Berchemnares, Sint-Agatha-Berchemmenares, Berchemnares
- Sint-Agatha-Berchems, Berchems
Notes[modifier le wikicode]
- Ce mot est un gentilé. Un gentilé désigne les habitants d’un lieu, les personnes qui en sont originaires ou qui le représentent (par exemple, les membres d’une équipe sportive).