verplaatsen
Néerlandais
Étymologie
- Dérivé par préfixation de plaatsen.
Verbe
verplaatsen \Prononciation ?\ transitif
- Déplacer, transférer.
- Dat is de moeilijkheden verplaatsen.
- C’est déplacer les problèmes.
- Het tijdstip van aanvang een half uur verplaatsen.
- Décaler l’heure du début d’une demi-heure.
- Een winkel verplaatsen.
- Transférer un magasin.
- Zijn productie naar Polen verplaatsen.
- Délocaliser sa production en Pologne.
- Iets naar achteren verplaatsen.
- Reculer quelque chose.
- Dat is de moeilijkheden verplaatsen.
Synonymes
Taux de reconnaissance
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 99,6 % des Flamands,
- 100,0 % des Néerlandais.
Prononciation
- (Région à préciser) : écouter « verplaatsen [Prononciation ?] »
Références
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]