feest
Apparence
Étymologie
[modifier le wikicode]- De l’ancien français feste.
Nom commun
[modifier le wikicode]Nombre | Singulier | Pluriel |
---|---|---|
Nom | feest | feesten |
Diminutif | feestje | feestjes |
- Fête.
- gekostumeerd feest : soirée costumée
- een feestje geven, bouwen : donner, organiser une fête
- (Informel) Ragnagnas.
- feest hebben : avoir ses affaires, avoir ses Anglais (qui débarquent), avoir ses ragnagnas
Synonymes
[modifier le wikicode]- fête
- ragnanas
Dérivés
[modifier le wikicode]- afscheidsfeest
- afsluitingsfeest
- avondfeest
- beëlzebubsfeest
- bierfeest
- boerenfeest
- bruiloftsfeest
- dancefeest
- dansfeest
- divalifeest
- dodenfeest
- doopfeest
- driekoningenfeest
- eenmeifeest
- eeuwfeest
- eindfeest
- familiefeest
- feestartikel
- feestavond
- feestband
- feestbeest
- feestbundel
- feestcommissie
- feestdag
- feestdronk
- feestelijk
- feesten
- feestganger
- feestgast
- feestgedruis
- feestgewoel
- feestjurk
- feestlied
- feestmaal
- feestmaand
- feestmuts
- feestneus
- feestnummer
- feestrede
- feestrol
- feestvarken
- feestversiering
- feestvieren
- feestvreugd
- feestvreugde
- feestzaal
- geboortefeest
- gekkenfeest
- hamansfeest
- holifeest
- hoogfeest
- housefeest
- huwelijksfeest
- inwijdingsfeest, Inwijdingsfeest
- jaarfeest
- joelfeest
- jubelfeest
- kandeelfeest
- kerstfeest
- kinderfeest
- kloosterfeest
- kraamfeest
- lichtfeest
- lichtjesfeest
- Loofhuttenfeest
- Lotenfeest
- maanfeest
- midwinterfeest
- midzomerfeest
- midzomernachtfeest
- mosselfeest
- naamfeest
- narrenfeest
- offerfeest, Offerfeest
- oogstfeest
- overwinningsfeest
- paasfeest
- pakjesfeest
- patroonsfeest
- pinksterfeest
- poerimfeest
- priesterfeest
- ramadanfeest
- schoolfeest
- schuimfeest
- schuttersfeest
- schuurfeest
- sinterklaasfeest
- slotfeest, Slotfeest
- Suikerfeest
- swingerfeest
- themafeest
- trouwfeest
- tuinfeest
- verjaardagsfeest
- verjaarfeest
- verjaarsfeest
- vliegfeest
- volksfeest
- vrijgezellenfeest
- wekenfeest
- wijnfeest
- winterfeest
- zangersfeest
- zuipfeest
Taux de reconnaissance
[modifier le wikicode]- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 98,9 % des Flamands,
- 99,7 % des Néerlandais.
Prononciation
[modifier le wikicode]- \fɛ:st\
- Pays-Bas : écouter « feest [fɛːst] »
- Pays-Bas (partie continentale) (Wijchen) : écouter « feest [Prononciation ?] »
Références
[modifier le wikicode]- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]