mocro
:
Néerlandais[modifier le wikicode]
Étymologie[modifier le wikicode]
- Étymologie manquante ou incomplète. Si vous la connaissez, vous pouvez l’ajouter en cliquant ici.
Adjectif [modifier le wikicode]
mocro \Prononciation ?\
Variantes orthographiques[modifier le wikicode]
Nom commun [modifier le wikicode]
mocro \ˈmo:.kro\ (pluriel : mocro’s)
- (Argot) Marocain, rebeu.
- ‘Ze kunnen juist trots zijn op hun sociale identiteit als leipe mocro’s. (straattaal voor Marokkanen – red.) [...]’ — (« Trotse, leipe mocro’s », de Volkskrant.nl, 6 novembre 2007)
- Ils peuvent être fiers de leur identité sociale en tant que Marocains barjos.
- "Geen mocro's. Geen bende blacks... Simpel. Ook niet op lijst ", staat er in een Facebookgesprek dat is uigelekt via de sociale media. — (MVDB, « Verontwaardiging na uitgelekt deurbeleid: “Geen mocro’s, geen bende blacks” », HLN.be, 24 aout 2015)
- "Pas de Marocains, pas de meutes de blacks.. Comme ça. Même listés (listés)", est-il écrit sur un tchat de Facebook, qui est divulgué aux réseaux sociaux.
- ‘Ze kunnen juist trots zijn op hun sociale identiteit als leipe mocro’s. (straattaal voor Marokkanen – red.) [...]’ — (« Trotse, leipe mocro’s », de Volkskrant.nl, 6 novembre 2007)