uitschrijven
Néerlandais
Étymologie
- Dérivé par préfixation de schrijven.
Verbe
uitschrijven \Prononciation ?\ transitif
- Rédiger, écrire.
- rekeningen uitschrijven
- faire des factures
- een cheque uitschrijven
- libeller, émettre, établir, tirer, faire un chèque
- rekeningen uitschrijven
- Annoncer, lancer, organiser.
- een prijsvraag uitschrijven
- ouvrir un concours
- een prijsvraag uitschrijven
- Convoquer.
- een vergadering uitschrijven
- convoquer une réunions
- een vergadering uitschrijven
Synonymes
- rédiger
- annoncer
- convoquer
Taux de reconnaissance
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 99,1 % des Flamands,
- 100,0 % des Néerlandais.
Prononciation
- (Région à préciser) : écouter « uitschrijven [Prononciation ?] »
Références
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]